Bioloog Frederik Thoelen zorgde voor de primeur, samen met een filmploeg van het VRT-programma Dieren in nesten.
Het team werkte al een tijdje aan Operatie Lynx, een project dat was bedoeld om de aanwezigheid van de lynx in de Voerstreek en de Ardennen aan te tonen. De lynx is een grote roofkat die in de Benelux als uitgestorven werd beschouwd. Hardnekkige geruchten en vermeende waarnemingen inspireerden de filmploeg om de mogelijke terugkeer van de lynx te bewijzen met beeldmateriaal.
“Toen we hoorden dat er in Gedinne, in de Naamse Ardennen, schapen waren gevonden die gedood waren met een keelbeet, hingen we daar een wildcamera op, een onbemande video- en fotoval,” legt presentator Chris Dusauchoit uit. “We hadden gehoopt om beelden te maken van een lynx of een verwilderde hond. Maar tot ieders verbazing draaiden we op 4 augustus 2011 beelden van een wolf.”

Op de filmfragmenten was inderdaad een wolf te zien die een schapenkadaver benaderde en het vervolgens wegsleepte. De ontdekking van een wilde wolf in België was groot nieuws.
Het lag echter niet voor de hand om op basis van nachtelijke filmbeelden een wolf van een wolfhond – een zuiver hondenras – of een andere lookalike te onderscheiden. Eigenlijk kon alleen een DNA-analyse van speeksel, een haarstaal of verse uitwerpselen 100% zekerheid brengen over de ware identiteit en de genetische herkomst van de wolf van Gedinne. Na een grondige studie van de filmbeelden waren de experts niettemin unaniem: dit was wel degelijk een wilde wolf.
Het schuwe gedrag. De lichaamsbouw. De houding en het krachtige voorkomen. De vorm van de staart. De kleurschakeringen in de vacht – donkergrijs op de rug en helderder opzij en onderaan. Het donkere ‘zadel’ rond de schouders. De typische witte markering in zijn gezicht. Al die indicaties wezen erop dat hier geen wolfhond, husky of Duitse herder aan het werk was, maar een rasechte wolf. Bovendien werd nergens een ‘tamme’ wolf vermist in een van de talloze wildparken in de ruime omgeving – of er was tenminste niemand die toegaf dat hij er een miste.
Nederland doet niet onder
Minder dan een maand later, eind augustus 2011, keek een stel Nederlanders zich de ogen uit toen ze in een wegberm bij Duiven, even ten zuiden van de Veluwe, een wolfachtig dier zagen dat op klaarlichte dag een drukke weg wilde oversteken. Het dier was bang voor mensen en hield afstand, maar wilde wel door.
Door het drukke verkeer en de commotie die ontstond, lukte de oversteek uiteindelijk niet. Enkele van de stomverbaasde automobilisten konden met hun mobieltje snel enkele foto’s nemen. Door de povere beeldkwaliteit kon achteraf niet met 100% zekerheid worden bevestigd dat het effectief om een wilde Europese wolf ging en niet om een hond met sterke wolventrekken. Toch had het er alle schijn van dat ook Nederland bezoek had gekregen van een wilde wolf.
De weken nadien kwamen er bij Wolven in Nederland en de Nederlandse autoriteiten diverse meldingen binnen van een wolf op de Veluwe. Het dier werd onder meer gespot op de Ramenberg, tussen Loenen en Hoenderloo, aan de oostkant van de Veluwe en slechts een twintigtal kilometer van Duiven verwijderd.

Meteen waren België én Nederland in de ban van de wolf. In de weken en maanden die volgden, zouden beide verkenners weer van de radar verdwijnen, maar de trend was gezet. Er zouden zeker en vast nog wolven volgen.
Een welkomscomité voor de wolf
Nederland zou Nederland niet zijn als er niet meteen een breed maatschappelijk debat werd gestart ‘over de wenselijkheid van de terugkeer van grote roofdieren en de gevolgen daarvan voor de menselijke veiligheid, de veeteelt en het natuurbeheer’.
De Nederlandse natuurbehoudsbeweging aarzelde geen seconde om de eventuele aanwezigheid van een wolf toe te juichen. Organisaties als Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer en Ark Natuurontwikkeling waren unaniem: ‘Als de wolf zich hier weer thuis voelt, dan is dat de kroon op het Nederlandse natuurbeleid. Ook ecologisch is het belangrijk, want een wolf houdt de populaties van zijn prooidieren gezond en heeft een verregaande impact op de ontwikkeling van het landschap. Zo’n topjager ontbreekt op dit moment in ons ecosysteem.’
Lang voor de eerste wolf poot zette op Nederlandse bodem, hadden de Nederlanders al de website wolveninnederland.nl online, met daarop alles wat de gemiddelde burger over wolven hoorde te weten. Dat was een kwestie van voorbereid zijn en de wolf een zo warm mogelijk onthaal te bezorgen.

In Nederland werd het wolvendebat meteen de goede richting uitgestuurd door het team van Wolven in Nederland. De medewerkers gaven ook voordrachten. Wetende dat discussies over wilde soorten gevoed worden door een mengeling van feiten, meningen en emoties, zette Wolven in Nederland alle wolvenweetjes netjes op een rij. Want: ‘De komende jaren zetten wij ons in om draagvlak voor de wolf te creëren. Dat doen we door mythes en sprookje van de waarheid te onderscheiden en voorlichting te geven, bijvoorbeeld over hoe boeren hun vee kunnen beschermen. Zo willen we ervoor zorgen dat wolven niet alleen welkom zijn in de natuur, maar ook in de hoofden en de harten van de Nederlanders.’
In België verschilden de reacties in het noorden en het zuiden enigszins van elkaar. In Vlaanderen was op dat ogenblik net natuurvereniging Landschap vzw opgericht, met een sterke focus op het promoten van wilde, zelfredzame natuur. In een mum van tijd werd met de hulp van Wolven in Nederland de campagne Welkom Wolf gestart.
Heel snel kwam de website welkomwolf.be online, grosso modo met dezelfde informatie als de Nederlandse tegenhanger. Op de website staat niet alleen betrouwbare info over wolven en hun boeiende levenswijze, maar ook praktische informatie over wolf-proof omheiningen voor het voorkomen van wolvenschade en een meldpunt dat alle – al dan niet vermeende – wolvenwaarnemingen in België tracht te verzamelen.

Er volgde een mooie infobrochure met dezelfde naam – dat hadden zelfs de Nederlanders nog niet – en Landschap vzw deed meermaals een ‘ronde van Vlaanderen’ met lezingen over de verwachte terugkeer van de wolf. Elke week spraken – en spreken – we ergens in Vlaanderen voor een quasi volle zaal.
Aan de overkant van de taalgrens waren de reacties een stuk lauwer, ook al was de eerste Belgische wolf uitgerekend in het Franstalige landsdeel aangespoeld. Een Vlaamse cameraploeg die een wolf op beeld vastlegde: niemand in Wallonië leek er wakker van te liggen. Er werd verder niets mee gedaan.
Ook in Vlaanderen bleef het op dat ogenblik bij het private initiatief van Landschap vzw. Toen enkele jaren later een paar keer een wolfhond ontsnapte in de Vlaamse Ardennen en er in de streek een zekere hysterie ontstond, maakte Landschap vzw van de gelegenheid gebruik om de nakende comeback van echte wolven onder de aandacht te brengen, evenals de dringende noodzaak aan een Vlaams wolvenplan.
We stonden erbij toen een journalist van de VRT belde naar het kabinet van Joke Schauvliege – op dat ogenblik bevoegd Vlaams minister – om te vragen of er al een aanzet was tot een wolvenplan. Het antwoord luidde: “Meneer, we gaan ons niet bezighouden met soorten die hier niet voorkomen. We hebben al genoeg last met de soorten die hier wél voorkomen.”
Die quote deed alvast een verdienstelijke poging om tien jaar van wanbeleid samen te vatten.
De terugkeer van de wolf gebeurde stap voor stap, jaar na jaar. Wat volgt is een overzicht van alle mijlpalen, tegenslagen en overwinningen van wolven in België.
