Na de waarnemingen van 2011 zou het nog een enkele jaren duren alvorens de aanwezigheid van de wolf in de Lage Landen staalhard kon worden bevestigd met DNA. Op 4 juli 2013 was het eindelijk zover. In het Nederlandse plaatsje Luttelgeest, ergens in Flevoland, lag een dode wolf in de wegberm. Doodgereden tijdens zijn zwerftocht, vermoedelijk kort nadat hij vanuit Duitsland is gekomen.
Bij de autopsie bleek de dode wolf een verse bever in zijn maag te hebben. Daarmee kon je quasi uitsluiten dat hij ontsnapt was uit een wildpark. Het genetische materiaal van de bever was Oost-Europees, maar als je weet hoe er met bevers is rondgezeuld in het kader van diverse herintroductieprojecten, hoefde dat niet verdacht te zijn. Die bever kon gemakkelijk hier in de buurt zijn gepakt.

Nader onderzoek wees uit dat ook de wolf zelf tot de Oost-Europese populatie behoorde. Dat was niet zo verwonderlijk aangezien de hele Duitse wolvenpopulatie vanuit de Poolse is ontstaan.
Wetenschappers waren het erover eens dat de wolf van Luttelgeest de eerste 100% zekere wolf was in Nederland – en eigenlijk zelfs in de hele Benelux, want de camerabeelden van 2011 uit de Ardennen konden niet als een volledig waterdichte waarneming worden beschouwd. Als doodsoorzaak werd ‘ernstig trauma’ – lees aanrijding – genoteerd. Logisch, want het dier was gevonden naast de rijbaan. Het stond in de sterren geschreven dat zoiets ooit zou gebeuren, maar het was wel extra sneu dat het al meteen gebeurde met de eerste wilde wolf die zich op Nederlandse bodem had gewaagd.
Maanden later kwam er plots nieuws uit Leiden. Het natuurhistorische museum Naturalis Biodiversity Center, dat de wolf van Luttelgeest zou opzetten voor educatieve doeleinden, ontdekte dat het dier niet was aangereden, maar was doodgeschoten. Er zaten namelijk twee onooglijke kogelgaten in zijn huid. Bij de aanvankelijke autopsie waren die niet opgemerkt, maar als je een wolf binnenstebuiten keert, valt zoiets blijkbaar wél op. Op een nieuwe CT-scan en een nieuwe röntgenfoto van het kadaver waren inderdaad kogelresten te zien.
Pijnlijk laat bleek dat de wolf van Luttelgeest een wansmakelijke grap was van jagers die een wolf in het buitenland – vermoedelijk Polen – waren gaan schieten om hem vervolgens in Flevoland in een berm te dumpen. Was dat een poging om Wolven in Nederland voor schut te zetten? Hoe ziek kunnen mensen zijn?
Meteen werd duidelijk waarom de lokale jagers van de Faunabeheereenheid Flevoland al kort na de vondst in Luttelgeest grappend suggereerden ‘dat Poolse seizoenarbeiders met een dode wolf in hun bestelwagen naar Nederland waren gekomen’. Volgens de jagers in kwestie was het immers ondenkbaar dat een wolf op eigen kracht Nederland kon bereiken.
De invasie komt op gang
Na Luttelgeest werd het weer een tijdlang stil. Het was wachten tot 2015 vooraleer er nog eens een wolf opdook in de Lage Landen. Opnieuw kregen de collega’s van Wolven in Nederland de primeur, maar al snel bleek ook deze wolf niet bepaald een geschenk te zijn: Nederland maakt kennis met wandelwolf Punkti.
Op 7 maart 2015 stak Punkti op klaarlichte dag de grens over tussen het Duitse Meppen en het Nederlandse Sleen. Onder grote mediabelangstelling liep de wolf vier dagen door Drenthe en Groningen. Punkti deed zowat alles wat wolven volgens de boekjes niet doen: hij toonde zich voortdurend overdag, bezocht dicht bebouwde agglomeraties en snuffelde aan auto’s op de parking van een grootwarenhuis. De puberende Punkti veegde de vloer aan met alles wat Wolven in Nederland al jaren vertelde.
Het was vast een opluchting dat die pionier na vier dagen livestreaming en crisisoverleg opnieuw naar Duitsland verdween.
De tweede zekere wolf in Nederland werd in het najaar van 2016 gezien in Beuningen (provincie Overijssel). Aan de hand van DNA kon een hond worden uitgesloten.
Bijna tegelijk, in augustus en oktober 2016, liet een Duitse wolf zijn DNA achter op dode schapen op het Plateau des Tailles in de Belgische Ardennen. Vanaf de zomer van 2016 ontving Welkom Wolf ook met enige regelmaat zichtwaarnemingen uit de wijde omgeving van La Roche-en-Ardenne. Wellicht ging het telkens om hetzelfde dier. Onze meldingen kwamen hoofdzakelijk van Vlamingen en Nederlanders die in de Hoge Ardennen woonden of er op vakantie waren.

Door de dode schapen op het Plateau des Tailles groeide ook in Wallonië het besef dat de Europese wolf aan een comeback bezig was en zijn oog had laten vallen op de Ardennen. Eigenaardig genoeg was het een heel vage, zelfs twijfelachtige waarneming door jagers in Nassogne die het Waalse wolvendebat pas echt in gang stak.
De waarneming mét bewijsmateriaal uit 2011 had destijds nauwelijks deining veroorzaakt ten zuiden van de taalgrens, maar nu Waalse jagers dachten dat ze van ver twee wolven hadden herkend – wat overigens zeer onwaarschijnlijk is, want zwervende wolven zijn altijd solitair – werd er fel over gedebatteerd in het Waals parlement.
Het resultaat van de parlementaire vragen over de wolf van Nassogne was dat de Waalse regering en de Waalse bosbeheerder – het Département de la Nature et des Forêts (DNF) – helemaal mee waren in het wolvenverhaal. Het nieuws over de oprukkende wolven werd ook bevestigd door Franse experts en als het regent in Parijs, dan druppelt het in Brussel en Namen. In Wallonië werd Réseau Loup opgericht en er kwam een grote voorlichtingscampagne voor jagers, landbouwers en wandelaars. Meteen werd ook een Waals wolvenplan aangekondigd.

Nog een jaar later, vanaf de zomer van 2017, was het hek helemaal van de dam in Nederland. Vanuit Duitsland bezocht de ene na de andere wolf de oostelijke provincies. In het begin waren vooral Drenthe en Overijssel populair, maar binnen het jaar doorkruisten de wolven ook Friesland, Flevoland, Gelderland, Noord-Brabant en Limburg.
Bij ons bleef het nog even rustig. In Wallonië waren er in 2017 alleen waarnemingen van de Wolf van de Hoge Ardennen – zo noemen we inmiddels het dier in de wijde omgeving van La Roche-en-Ardenne. In Vlaanderen waren er dat jaar zelfs helemaal geen betrouwbare waarnemingen.
Het was de stilte voor de storm.
